Regeltjes, regeltjes.

‘Dit is wat de regels zijn.’ Een bebrilde mevrouw kijk hem aan na het uitspreken van deze toch zo normaal lijkende zin.
‘de regels?’ de wenkbrauwen opgetrokken tot een boog. Zijn naam, Frans. Leraar maatschappijleer, begin 40, zijn bos zwarte krullen met hier en daar een grijze haar doen hem ouder lijken.
‘Ja, dat zijn de regels’ zegt de mevrouw achter de balie, bijna met een toon van excuses in haar stem. Het valt haar zelf ook op en omdat te compenseren voegt ze er bits aan toe ‘ik doe ook alleen maar wat mij gezegd word!’ Dat was nou juist de verkeerde toevoeging.
‘In ieder maatschappij zijn er mensen die onnodig werk doen simpelweg omdat hen dat word opgedragen. Denkt u dat de wetenschappers die bij het bedrijf Bayer in de tweede wereldoorlog de nagels van joodse mensen uit hun handen en voeten trokken dat deden omdat zij dachten dat de wetenschap daar iets mee opschoot?’ De mevrouw probeert iets van een antwoord. ‘Hier is misschien wel een betere vraag’ snijd zijn vervolg door de mevrouw haar stamelend begin van de zin heen ‘als u alleen maar doet wat u gezegd word lijkt het mij dat u, Eén)of weet wat daarvan de bedoeling is, of twee) dat het u echt geen reet kan schelen wat de bedoeling is zolang u maar uw geld krijgt. Laat ik er van uitgaan dat u onder de categorie mensen valt van de eerste categorie, u weet wat hiervan de bedoeling is. Hier is nog een gok, de bedoeling van dit hele infantiele pasjes systeem is om er voor te zorgen dat er geen Columbine achtige situaties kunnen ontstaan, niet dat dit het verzekerd omdat als er wel iemand met die ideeën deze school binnen stapt u de eerste bent die omver geschoten word. Iemand met een geweer kan uw hele pasjes-systeem werkelijk gestolen worden.
‘Genoeg!’ zegt de vrouw, de zwarte bril maakt haar gezicht streng, dictatoriaal bijna of beter nog een karikatuur. Niet een “de vrouw van” vrouw, maar haar man die het label “de man van” mag dragen. Een diepe zucht die door haar neus gaten de papieren op haar bureau laat bewegen ‘U kunt zich zonder pas niet aanmelden en mag dus ook niet naar binnen.’
‘Heeft u niet gehoord dat ik al binnen ben geweest? Mijn pasje ligt op mijn bureau. Ik ben dus al ingelogd.’ Frans draait zich om met de woorden ‘geeft u wel eens iemand anders gelijk?’ pakt zijn mobiel en belt naar zijn collega boven. Als hij zich weer omdraait in afwachting van zijn collega zegt hij tegen de vrouw ‘ik had gehoopt dat we dit in een discussie konden oplossen.’
‘Ja’ zegt de mevrouw achter de balie. ‘Ik weet het, ik ken u.’

Ben zo terug – Bart

Reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *