‘Achter de struiken!’ Julian duwde mij door een kleine opening tussen de takken. Ademloos verscholen wij ons, uit het zicht. Zware voetstappen kwamen recht op ons af. Mompelend bleef hij op het bospad staan. Het was zomer, de dagen warm en de schaduw onder de bladeren koel. Wij slopen verder tussen de takken terwijl de grote man zich om draaide en verder liep. Hij was lang, zeker over de twee meter, een reus in onze ogen. Zijn zware stem donderde tussen de bomen. Zijn blik eindeloos op de grond gericht. Achter een grote eik gingen wij op de grond zitten.
Ben zo terug – Bart
Geef een reactie