#24 van 31

Alles was onzeker aan de vrouw die tegenover Dacian had gezeten. Ze kon niet goed vertellen wat ze wist, waar ze was de dag van het telefoontje, iets over haar oudste zoon. Het was een moeizaam gesprek geweest. Niet zozeer de onzekerheid was het die in zijn hoofd bleef rondspoken, maar haar laatste woorden. ‘Zorgen jullie dat hij veilig blijft?’ Het was alsof ze sprak over haar eigen zoon. Toen hij haar gevraagd had waarom het klonk alsof ze over haar eigen zoon sprak, had ze hem simpelweg geantwoord: ’Het is de jongen waarop mijn kleine Jacob verliefd geworden is’ 

Ben zo terug – Bart

Één reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *