Tag: Vragen

  • De brief en het antwoord 2/5

    De mok slaat waterdamp uit, van het kokendhete vocht dat het in zich gevangen houdt. Over de rand kijkt hij naar het papier. Langzaam blaast hij in de thee. Probeert een slok, té heet. Hij gaat zitten en met een klein haaltje maakt hij van de punt een komma. iets afsluitEen deling in de realiteit maakt; die er in werkelijkheid niet is. Het gekke is alleen dat door die deur er wel een deling van de realiteit ontstaat. Hij rekt zich uit. De armen hoog boven zijn hoofd. Zijn koude vingers omklemmen de warme mok en hij neemt een slok. Waterdamp slaat op zijn brillenglazen, even is het mistig binnen. De letters als blauwe schimmen op het wit. Is er iets werkelijk anders, omdat er een deur staat? De penpunt maakt het vraagteken af, terwijl een nieuwe zin zich in zijn hoofd vormt. Op een nieuwe regel voegt hij eraan toe; Nu denk ik dat het misschien niets met de deur te maken heeft maar met de doorgang. Het ergens doorheen lopen.

    Ben zo terug – Bart

  • De brief en het antwoord 1/5

    De metalen punt raakt het papier en lijnen, koningsblauw, vormen zich tot letters. Het spijt mij. Zijn hand boven het papier zwevend, alsof het volgende zo komen gaat. En dan trekt hij zijn hand naar zijn kin. Een wat onzeker begin. Het beschrijft echter wel wat hij voelt. Zijn hand glijdt over de pagina terug naar de regel. Onzeker laat hij de rest van de regel wit. Er is iets bijzonders aan deuren. Een gedachte strijkt langs zijn gezicht en een glimlach volgt. In principe is een deur een goed idee. Maar in de lege ruimte lijkt het nodeloos. Buiten, zonder huis er omheen, bedoel ik dan. Hij leest de zinnen terug, zucht en staat op. ‘Thee,’ zegt hij tegen zichzelf.  
    Het water begint te koken als hij binnen komt en eraan toe voegt: Het is alsof het iets beschermt. De ketel fluit en hij staat weer op. 

    Ben Zo terug – Bart

  • Stoel

    ‘Niet daar!’ zijn stem klonk hard. De zwarte stoel was leeg. Al jaren had er niemand in gezeten. Het was een obsessie voor hem geworden. ‘Het spijt mij. Ik probeerde u niet…’, de jonge man was niet instaat zijn verontschuldiging af te maken. ‘Ga daar maar zitten’ een tengere grauwe hand wees naar de andere kant van de kamer. ‘Juist’, zei de jongeman en ging op de aangewezen stoel zitten. Hij sloeg het geheel gade vanaf een prettige afstand. De lege stoel fascineerde hem. “Wat was het verhaal van de stoel? Wie had er gezeten? Wie mag er nu zitten?”

    Ben zo terug – Bart

  • Kijk een indiaan III

    ‘Waarom huilt die mevrouw?’. Haar kleine vingertje drukt op de foto om aan te wijzen wie ze bedoeld. Ik was het artikel aan het lezen toen zij bij mij kwam zitten. De vrouw was een indiaanse, niet een stereotype maar herkenbaar een indiaan, zelfs voor iemand van vier. ‘Nou…’ begin ik mijn zin, onzeker nog waar deze gaat eindigen ‘de mensen in de foto zijn samen gekomen om hun drinkwater te beschermen.’ Een frons rolt over haar voorhoofd terwijl zij diep nadenkt over wat ik haar verteld heb. Na een paar seconden vraagt ze: ‘Waarom?’ Ik twijfel. Ja waarom. ’Leven….’

    Ben zo terug – Bart

  • Kijk een indiaan I

    ‘Kijk een indiaan!’ zegt ze, als zij op de stoel naast mij is geklommen. Ik hoef niet meer te helpen, zij is vier en kan het allemaal zelf. ‘Ja’, bevestig ik haar opmerking. Lichtbruine ogen staren vanaf het krantenpapier de kamer in. De breedgeschouderde jongeman houdt in zijn ene hand een flesje water de andere is gevuld met een aantal bruine veren. De foto beslaat de halve pagina. Als ze opnieuw verdiept is in het beeld, lees ik het onderschrift: “De afgevaardigde van verschillende stammen hebben zich verzameld in Standing Rock om te protesteren tegen de aanleg van een oliepijpleiding.”

    Ben zo terug – Bart