De brief en het antwoord 3/5

Achteroverleunend leest hij de laatste regel. Pakt de mok en neemt een slok. De regen is opgehouden tegen de ramen te slaan en de zon is tussen de wolken doorgebroken. Het helle licht schijnt op het wit en laat de blauwe inkt nog meer uitkomen. Even houdt hij zijn gezicht naar de zon, alsof hij probeert van het licht te drinken. Verandert het echt iets aan de realiteit? Heeft de doorgang de realiteit veranderd, simpelweg door er te zijn? Net als de vraag of een omvallende boom geluid maakt als er niemand bij is om het te horen. Of je er nu doorstapt of niet? Op het papier geeft de gouden dop geeft zijn gegrafeerde lijnen af, als schaduwen in het zonlicht. Het zeegrijs van het plastiek, is verkleurd waar de dop het zonlicht tegenhield. Het verbaast hem nog steeds hoe goed een pen uit begin jaren vijftig schrijft. Zijn hand beweegt zich naar de eerste regel en maakt nogmaals van een punt een komma; dat het zo lang heeft geduurd voor ik de pen retourneer. Er spookt al enige tijd een idee door mijn hoofd, dat ik niet helemaal kan plaatsten. 

Ben zo terug – Bart

Reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *